Toepassingsgebied
Funcosil SNL is te gebruiken voor de volgende toepassingsgebieden:
- Bescherming tegen slagregen voor gevels
- Reducering van de neiging tot vervuiling en vergroening
- Nabehandeling / opfrissen van gehydrofobeerde ondergronden
- Curatieve impregnering van minerale verven
- Poreuze, minerale bouwmaterialen zoals baksteen, zand-/kalkzandsteen, mineraal stucwerk en gasbeton
Verbruik van het product
Het verbruik is afhankelijk van op welke ondergrond de Funcosil SNL gebruikt wordt:
- Baksteenmetselwerk, fijn poreus: min. 0,8 l/m²
- Baksteenmetselwerk, grof poreus: min. 1,0 l/m²
- Kalkzandsteen glad: min. 0,5 l/m²
- Kalkzandsteen, ruw, gebroken: min. 0,7 l/m²
- Stuclaag: min. 0,5 l/m²
- Gasbeton: min. 1,0 l/m²
- Vezelcement: min. 0,3 l/m²
- Gevelbetonsteen: min. 1,2 l/m²
- Natuursteen fijn poreus: min. 0,6 l/m²
- Natuursteen grof poreus: min. 1,5 l/m²
*Het verbruik van het impregneermiddel op een voldoende groot (1 – 2 m²) proefvlak bepalen.
Hoe wordt het product gebruikt?
De gehele uitleg over hoe Funcosil SNL te gebruiken is, kunt u terugvinden in het technisch merkblad. Lees de werkwijze goed door, voor de beste verwerking van Funcosil SNL.
*Verwerkingsvoorwaarden:
- Materiaal-, omgevings- en ondergrondtemperatuur: min. +10°C tot max. +25°C.
*Tips bij het verwerken van Funcosil SNL:
- Aangrenzende bouwdelen en materialen, die niet met het product in contact mogen komen, beschermen en afdekken.
- Pas behandelde oppervlakken tegen regen, wind, zoninstraling en condensvorming beschermen.
- Overtollig impregneermiddel binnen 1 uur met Verdunning V 101 verwijderen.
- Bij de verwerking en droging van het hydrofobeermiddel kunnen oplosmiddeldampen, vooral bij lage temperaturen en windstilte, in gebouwen komen via ramen en deuren.
Daarom is het noodzakelijk dat tijdens de verwerking ramen en deuren gesloten blijven.
- Na droging van het hydrofobeermiddel ruimtes goed ventileren.